Hoe je zelf de afhankelijkheid in stand houdt

Hoe je zelf de afhankelijkheid in stand houdt

 

Als leidinggevende sta je zelf op de teamfoto.
Dat betekent dat als je patronen van het team wilt doorbreken,
je ook kritisch naar je eigen gedrag moet kijken.
Leonie ondervond, toen zij leidinggevende was, hoe lastig dat kan zijn.

“Kunnen ze dat niet zelf?’’ vraagt Monique.
Ik moet haar vast schaapachtig hebben aangekeken.
“Hoezo?”, vraag ik.

“Hebben ze de vaardigheden, capaciteiten en mogelijkheden
om het zelf te doen?” vraagt ze nog een keer.

“Ja, natuurlijk. Hoezo?”

“Waarom ga jij het dan doen?” vraagt Monique.

Ik voel me betrapt.
Sterker nog ik had niet eens in de gaten gehad dat ik iets op me had genomen.
Nu Monique er zo over doorvraagt merk ik het pas.

Hulp aanbieden

Wat is er aan de hand. Er staat een diplomering van leerlingen voor de deur.
Een aantal teamleden zijn druk bezig om hier van alles voor te regelen.
Zojuist belde een van de teamleden mij op om me
op de hoogte te brengen van de stand van zaken.
Daarbij deelde ze mee dat alleen de catering
nog geregeld moest worden met de keuken.
Ik bood onmiddellijk aan om dat vanmiddag te regelen.
Dankbaar werd van mijn aanbod gebruik gemaakt.

Monique legt precies de vinger op de zere plek. Mijn zere plek!

Ik ben namelijk leidinggevende van een team dat heel zelfstandig is.
Het is een team zeer professionele opleiders
die prima in staat zijn om zelfstandig aan de slag te gaan.
Maar niet zo zelfstandig als het zou kunnen zijn.
Huh?
Na mijn gesprek met Monique wordt mij
duidelijk dat ik iets te doen heb om het team
verder te kunnen laten groeien.
Ik houd het team nu tegen.

Hoe ik dat doe?

Pamperen

Door dingen van ze over te nemen die ze prima zelf kunnen regelen.
Door vragen aan ze te stellen die ze ook aan elkaar kunnen stellen.
Door vragen te beantwoorden waar ze zelf het antwoord ook wel op weten.
Door in te vullen, af te vangen en te beschermen.

Monique verwoordde het wat rigoureuzer.
Zij vond dat ik mijn team pamperde.
En gepamperde teams zijn helemaal niet leuk.

Ik was samen met mijn team in een vicieuze cirkel beland die jullie vast wel herkennen.
Regelmatig sprak ik met collega-leidinggevenden over de afwachtendheid van mijn team.
Ik had meer verwacht van deze professionals.
Het viel me eerlijk gezegd een beetje tegen en koste mij nu veel energie.
Hoe vaak ik niet in een gat moest springen om rampscenario’s te voorkomen.

Maar doordat ik in het gat sprong konden teamleden zich permitteren om niets te doen,
om op de vlakte te blijven en af te wachten.
Niemand die ze daarop aansprak.
Ja, ik mopperde wel.
Maar dat is niet hetzelfde als de verantwoordelijkheid in het team leggen.

Dat weet ik nu!

De grote valkuil van leidinggevenden

Toen liep ik met open ogen in de grote valkuil van veel leidinggevenden.
Het is namelijk wel fijn om nodig te zijn, om je nuttig te kunnen maken,
om je team te behoeden voor rampscenario’s.
Het is erg bevredigend door de positieve aandacht die je daardoor krijgt.
Het kost alleen onnodig veel tijd en energie.
Zo was ik regelmatig met dingen bezig die helemaal niet bij mijn taak hoorde.
Hierdoor moest ik steeds schipperen met mijn tijd. Erg frustrerend.

Ik vond het veel te spannend om dat bij mijn team neer te leggen.
Dat zou betekenen dat ik stiltes moest laten vallen die ongemakkelijk zijn,
mensen moest aanspreken en patronen moest benoemen.
Ik denk dat ik dat toen niet aandurfde.

Individuele gesprekken

Ging ik dan alle confrontaties uit de weg?
Nee, natuurlijk niet. Ik had veel één op één gesprekken.
Daarin beloofde teamleden mij om meer initiatief te nemen,
om zelf problemen op te lossen, om bij elkaar aan te kloppen.
Maar zodra iedereen weer bij elkaar was,
mezelf inclusief, schoten we onmiddellijk in ons vaste patroon.

Hoe het mij lukte om het patroon te keren?
Mijn zwangerschap werd mijn redding.
Mijn zwangerschap verliep deze keer niet vlekkeloos.
Ik was continu misselijk.
Dat is reuze vermoeiend kan ik je zeggen.
Al snel kon ik niet meer alle uren blijven werken.
Dus moest ik letterlijk afstand nemen en loslaten.
En je raadt het al.

Geen rampscenario’s, alles liep gewoon door.
Het team paste zich razendsnel aan deze nieuwe situatie aan.
Ze namen veel meer initiatief, losten dingen zelf op,
bespraken verschillende oplossingen met elkaar
en deelden mij vervolgens mee welke het zou worden.
Kortom, ze hadden mij helemaal niet nodig om goed te functioneren.

Wat is de vraag precies?

De tip die mij hierbij erg heeft geholpen is wachten
tot daadwerkelijk een vraag wordt gesteld.
Geen vraag om hulp dan deed ik (nog) niets.

Natuurlijk ging dat niet meteen goed.
Maar inmiddels hadden we als team ons patroon scherp dus
werd ik rustig door teamleden teruggefloten
als ik de verleiding om in te springen niet kon weerstaan.

Je wilt niet weten hoeveel tijd en energie ik over hield voor andere dingen.

Over Firijn

Firijn ontgrendelt de kracht van groepen.

Er zit zoveel meer in een soepel werkend team. Meer plezier, meer inzet, meer commitment, meer snelheid en vooral: meer resultaat. In omzet, in klanttevredenheid, in prestaties, in efficiency, in kwaliteit. Om dat er uit te halen, moet je soms wél stevig ingrijpen. En dan heb je aan ons een goeie.
We hebben een behoorlijk afwijkende werkwijze van de meeste andere coaches.

In alles wat we doen nemen we de groep als geheel als uitgangspunt – niet het individu. Omdat we geloven dat échte verandering, verandering die blijft, alleen in de onderlinge dynamiek kan plaatsvinden. Het is de interactie die teams kan bouwen en breken.

Ben je geïnteresseerd geraakt? Aarzel in dat geval niet om contact met ons op te nemen. Wij zijn er voor je. En voor je team.

Smaakt dit blog naar meer? Wil je meer met teams bereiken met minder energie? De juiste interventies op het juiste moment inzetten? In ons programma ‘luie teamcoaching met grote impact’ ga je meters maken.

De vragerisering van Nederlandse teams

De vragerisering van Nederlandse teams

 

Dit is een pleidooi voor minder vragen stellen.
Een beetje gek misschien, uit de mond van twee psychologen,
Maar we menen het heel serieus.

Wat ons betreft is het coachen, polderen en eindeloos vragen stellen
in veel organisaties compleet doorgeschoten.
We delen graag een paar voorbeelden om dit te illustreren.

Polderen tot je een ons weegt

Een specialistische afdeling binnen een ziekenhuis met 35 medewerkers,
Telt een staf van 11 mensen die samen besluiten nemen
over koers en beleid van de afdeling.

De rest van de afdeling wil ook graag meegenomen
worden in zo’n beetje alle besluitvorming.
Dus als de staf al tot een besluit komt,
dan moet dat nog uitgebreid getoetst met de achterban.
Die vervolgens blijft klagen dat ze nergens in meegenomen worden.

Kenmerkend voor hun besluitvormingsproces is dat
vrijwel alles in de vragende vorm gebeurt:
“Is het een idee als…?”
“Kunnen we niet…?”
“Misschien kunnen we…?”
“Maar denk je dan niet dat…?”

Meestal wordt daar overheen gewalst met nieuwe inbreng,
de zoveelste reflectie of het zoveelste voorbeeld.
Het overleg loopt standaard uit.
Zelden eindigt een stafoverleg in een afspraak of besluit.

Coachen versus leiding geven

Een ander voorbeeld van ‘vragerisering’ is de leidinggevende van een onderwijsinstelling.
Ze heeft, zoals ze zelf aangeeft, een coachende stijl van leidinggeven.
Ze kan fantastische vragen stellen en ze vraagt mega goed door.
Sensitief is ze ook.

Prachtige competenties,
maar in haar team passen ze nu even niet.
Het team onderpresteert al tijden.
Afspraken worden niet nagekomen
en de kwaliteit is ondermaats.

De leidinggevende blijft met alle geduld
steeds dezelfde gesprekken voeren waarin ze vragen stelt als
“Wat maakt dat het niet gelukt is om…?”
“Wat heb je zelf al bedacht om…?”
“Wat houd je tegen om…?”

Waarmee ze het team onbedoeld uitnodigt
iedere keer met een uitleg of een excuus te komen
voor het niet nakomen van de normen en afspraken.

Als vragen stellen in de vak-genen zit

Of dat team therapeuten waar zoveel mensen zich onveilig voelen.
Ze zijn begonnen met intervisie omdat ze meer op 1 lijn
willen komen als het gaat om hoe de visie wordt uitgedragen naar cliënten.

Er is veel oordeel aanwezig in dit team over
elkaars manier van werken en dit wordt nooit direct uitgesproken.
Door de messcherpe en kritische vragen die gesteld worden,
voelen mensen zich niet geholpen maar eerder zorgvuldig gefileerd.

Niemand durft meer een casus in te brengen.

Doelgerichtheid

Het zit ‘m in het doel dat je voor ogen hebt.
Het stellen van vragen is geen heilige graal.
Het dient niet elk doel.

Als je doel is om tot besluiten wilt komen,
zul je stevige voorstellen neer moeten leggen
in plaats van voorzichtige en polsende vragen te stellen.

Als je een patroon van vrijblijvendheid
rondom normen en afspraken uit je team wilt halen,
stop dan met coachen.

Ga zeggen, stellen, verwachtingen uitspreken, pijnlijke boodschappen brengen.
Kort, helder, zonder poespas.

Gevolgd door een oorverdovende stilte.
De spanning die na de stilte komt leren verduren.

Doe geen intervisie als de meetlat niet helder is
en je geen idee hebt waar je met elkaar staat.

Als we de leidinggevende uit het tweede voorbeeld
adviseren om een stevige boodschap uit te gaan dragen
over wat ze verwacht van het team en welke urgentie er is,
reageert ze door te zeggen:
“Dat ga ik doen. Ik ga de verwachtingen nog eens helder neerleggen
en hen vragen hoe ze daar naar kijken.”

“Wat kun je op basis van de huidige patronen
van hen verwachten als je die vraag stelt?” vragen we haar.
“Oh ja, dan krijg ik dezelfde discussie als altijd.”
“Dus wat staat je dan te doen?”

Ze kijkt ons glazig aan.
“Euh, misschien die vraag niet stellen? Maar wat dan wel?
Moet ik dan echt heel bazig die boodschap geven en verder niet?”

“Ja. Precies dat.”

Over Firijn

Firijn ontgrendelt de kracht van groepen.

Er zit zoveel meer in een soepel werkend team. Meer plezier, meer inzet, meer commitment, meer snelheid en vooral: meer resultaat. In omzet, in klanttevredenheid, in prestaties, in efficiency, in kwaliteit. Om dat er uit te halen, moet je soms wél stevig ingrijpen. En dan heb je aan ons een goeie.
We hebben een behoorlijk afwijkende werkwijze van de meeste andere coaches.

In alles wat we doen nemen we de groep als geheel als uitgangspunt – niet het individu. Omdat we geloven dat échte verandering, verandering die blijft, alleen in de onderlinge dynamiek kan plaatsvinden. Het is de interactie die teams kan bouwen en breken.

Ben je geïnteresseerd geraakt? Aarzel in dat geval niet om contact met ons op te nemen. Wij zijn er voor je. En voor je team.

Smaakt dit blog naar meer? Wil je meer met teams bereiken met minder energie? De juiste interventies op het juiste moment inzetten? In ons programma ‘luie teamcoaching met grote impact’ ga je meters maken. 

Een simpele oefening met impact

Een simpele oefening met impact

“Als ik één ding heb meegenomen van deze training
dan is het wel het centeren. Ik gebruik het nu vaak voor ik in gesprek ga
met een medewerker of voor een overleg.
Even tot mezelf komen,
inchecken hoe het met me gaat en
bedenken wat voor mij belangrijk is tijdens de gesprekken.” geeft Marloes aan.
“Het geeft me zoveel rust.
En ik betrap me er dan regelmatig op dat ik
al heel lang naar de wc moet,
niets heb gegeten of gedronken
of heel onrustig ben.
Ik merk dat pas op doordat ik echt even incheck
bij mezelf in plaats van maar door te hollen. Zo fijn!”

Centeren

We horen vaker dat deelnemers de center-oefening,
die we tijdens de training Luie teamcoaching regelmatig doen,
bijna als belangrijkste leerpunt hebben ervaren.

Het grappige is, dat de oefening te simpel voor woorden is
en supermakkelijk toe te passen.

De oefening

We delen de oefening graag met je.

Het doel van deze oefening is inchecken bij jezelf, via je lijf.
Ga daarvoor rustig staan of zitten.
Word je langzaam bewuster van je lijf.
Je kunt bijvoorbeeld de volgende vragen beantwoorden:
Hoe is het met de spierspanning in mijn benen, mijn buik en mijn schouders?
Hoe is het met m’n ademhaling?
Hoe is de spanning in mijn gezicht?
Oftewel word je bewust van hoe het is met je lijf.

Daar kun je het bij laten.

Balans

Je kunt ook een stapje verder gaan door balans aan te brengen.
En afhankelijk van dat wat je nodig hebt je fysieke staat aanpassen.

Als je merkt dat je heel rustig bent
terwijl je een gesprek gaat voeren waar je opperste alertheid voor nodig hebt,
dan kun je misschien beter zorgen dat de alertheid in je lijf omhoog gaat.
Daarvoor kun je je borstkas wat optillen,
je ademhaling wat hoger en korter maken,
je vuisten even te ballen en
steviger gaan staan of zitten.
Daarmee krijg je je fysieke alertheid omhoog.

Wanneer je juist merkt dat er
veel spanning in je lijf zit
terwijl je ontspanning nodig hebt,
kun je beter voor wat ontspanning in je lijf zorgen.
Daarvoor kun je je voeten op de vloer voelen,
je billen op de stoel voelen,
diep in je buik te ademen en
iets langer in- en uit te ademen.
Daarmee word je lijf iets meer ontspannen.

Het gaat hierbij niet om een volledige switch in je fysieke staat.
Soms is een fractie meer alertheid of ontspanning
voldoende om het gesprek effectiever te kunnen voeren.

Even inchecken bij jezelf

Een andere mooie bijkomstigheid is dat je
in ieder geval even gericht bent op jezelf
in plaats van meteen helemaal gericht te zijn op de ander.

Deze center-oefening kun je letterlijk overal doen.
Je kunt uitgebreid met je ogen dicht een fysieke bodyscan doen.
Heel fijn.

Maar je kunt ook terwijl je van de ene vergadering
naar de ander wandelt of scrolt met je ogen open je lijf scannen.
En indien nodig of gewenst in een paar tellen een kleine aanpassing doen.

Kun je wel een korte scan gebruiken luister dan eens naar deze center-oefening.

Over Firijn

Firijn ontgrendelt de kracht van groepen.

Er zit zoveel meer in een soepel werkend team. Meer plezier, meer inzet, meer commitment, meer snelheid en vooral: meer resultaat. In omzet, in klanttevredenheid, in prestaties, in efficiency, in kwaliteit. Om dat er uit te halen, moet je soms wél stevig ingrijpen. En dan heb je aan ons een goeie.
We hebben een behoorlijk afwijkende werkwijze van de meeste andere coaches.

In alles wat we doen nemen we de groep als geheel als uitgangspunt – niet het individu. Omdat we geloven dat échte verandering, verandering die blijft, alleen in de onderlinge dynamiek kan plaatsvinden. Het is de interactie die teams kan bouwen en breken.

Ben je geïnteresseerd geraakt? Aarzel in dat geval niet om contact met ons op te nemen. Wij zijn er voor je. En voor je team.

Als je auto ineens de perfecte teaminterventie blijkt te zijn

Als je auto ineens de perfecte teaminterventie blijkt te zijn

 

Mijn zware tassen drukken op mijn schouders.
De regen piest op mijn hoofd.
Ik voel me de dommigste op aarde.
Na een dag teamcoachen loop ik al 20 minuten verdwaasd rond,
op zoek naar mijn auto.
Ik weet niet meer waar ik hem die ochtend neerzette
en alles in dit dorp lijkt op elkaar.

Ik besluit terug te gaan naar het pand van mijn opdrachtgever.
Van daaruit weet ik het misschien weer.

Daar staat een groot deel van het team waarmee ik vandaag werkte
nog na te praten en te roken.
Dat is alvast een goed teken,
want het was een spannende dag,
waarin ze volop uit hun comfortzone zijn geweest.
Akelige dingen, die gezegd moesten worden, zijn gedeeld.
Altijd spannend hoe het vandaaruit verdergaat.

“Zoek je iets?” vragen ze.
Met het schaamrood op mijn kaken,
beken ik dat ik mijn auto kwijt ben.

Ze lachen me niet eens uit.
(had ik wel gedaan als ik hun was)

Onmiddellijk schieten ze in hun zorgreflex.
“Kom, we gaan je helpen zoeken.”

Als een geoliede machine verdelen ze de zoekroutes onder elkaar.
Eén collega is op de scooter.
“Oh mag ik ook eens?” vraagt haar andere collega,
die eerder op de dag mopperend haar stevige feedback in ontvangst nam.
“Tuurlijk!”
En weg is ze. Op zoek naar mijn auto.

Een klein groepje loopt met mij mee.
“Kom, laat ons ook wat dragen.” zeggen ze als ze me zien sjouwen.
“Nou, ik ben al heel blij met jullie lieve zoekactie” sputter ik voorzichtig tegen.
Voor ik het weet zijn er twee tassen van me overgenomen.

“Tja, zorghart he?!”

De telefoon gaat.
“Annemiek, Mandy heeft een grijze Skoda gevonden.”
Ze noemt het nummerbord.
Helaas, het is niet de mijne.

“Gaan jullie toch lekker naar huis” zeg ik bezwaard.
Lekkere indruk maak ik zo…

Ze willen er niks van weten.
“We lossen dit samen op.”
De sfeer is de hele dag nog niet zo goed geweest.

Dan ineens zie ik mijn auto.

“Is dat em?
Niets zeggen tegen Mandy
Die komt er net aan op de scooter.
Laat haar maar denken dat zij ‘m heeft gevonden!
Dat is leuk voor haar.”

Ik hou wijselijk mijn mond.

“Is dit ‘m?” Roept Mandy kort daarna vanaf haar scooter.
“Jaaaaa!” roep ik oprecht blij.
“Je bent een kanjer Mandy!” roepen haar collega’s.

Dit was de beste interventie van de hele dag.

Blog opslaan als pdf

Over Firijn

Firijn ontgrendelt de kracht van groepen.

Er zit zoveel meer in een soepel werkend team. Meer plezier, meer inzet, meer commitment, meer snelheid en vooral: meer resultaat. In omzet, in klanttevredenheid, in prestaties, in efficiency, in kwaliteit. Om dat er uit te halen, moet je soms wél stevig ingrijpen. En dan heb je aan ons een goeie.
We hebben een behoorlijk afwijkende werkwijze van de meeste andere coaches.

In alles wat we doen nemen we de groep als geheel als uitgangspunt – niet het individu. Omdat we geloven dat échte verandering, verandering die blijft, alleen in de onderlinge dynamiek kan plaatsvinden. Het is de interactie die teams kan bouwen en breken.

Ben je geïnteresseerd geraakt? Aarzel in dat geval niet om contact met ons op te nemen. Wij zijn er voor je. En voor je team.

Vitale teams gaan samen uit hun comfortzone

Vitale teams gaan samen uit hun comfortzone

 

Als wij starten met een teamcoaching laten we teams op de eerste dag meestal een top 3 maken van hun ongeschreven regels. Welke ongeschreven regels helpen hen bij hun gezamenlijke opdrachten welke werken juist belemmerend?

Ik ben aan het werk met een team behandelaren. De ongeschreven regel die ze graag willen koesteren is ‘Als extra inspanningen nodig zijn, dan leveren we die zonder aarzelen’.

De meeste teams labelen deze ongeschreven regel als positief. Zo ook dit team. Ik wacht altijd gespannen af of iemand deze ongeschreven regel ook ter discussie stelt. Rebecca, één van de teamleden, zet de eerste stap: “Maar zitten hier nu alleen maar voordelen aan?” “Ja, goeie!” reageert Ton. “Dat vraag ik me ook af.”

“Klinkt dit als een vraag of als een mening?” vraag ik de rest van het team.(Ze gieten hier tot nu toe alle standpunten en voorstellen in een vraag.)“Een mening gok ik” lacht Petra.

Rebecca wordt nu steviger. “Ik denk dat een aantal mensen in dit team zichzelf zo nu en dan stevig voorbij lopen. Als ik zie hoe sommige mensen ’s avonds nog hun mail beantwoorden en aan het werk zijn op hun vrije dag. Ik doe dat zelf ook regelmatig.”

“Terwijl andere mensen weer erg goed zijn in hun grenzen aangeven.” vult Ton aan. “Erg goed of té goed?” mompelt Hafid. Rebecca lacht stilletjes om zijn opmerking. Er worden blikken uitgewisseld.

Samen of alleen werken 

“Ongeschreven regels gaan over teamgedrag en impliciete normen” licht ik toe.“Leveren jullie als team extra inspanningen of ieder individueel?”

Ze kijken me glazig aan.

“Je levert toch altijd inspanningen op persoonlijke titel?” vraagt Ton.“Niet als je regelmatig de koppen bij elkaar steektom samen knelpunten te bespreken,prioriteiten te bepalen,samen te besluiten dat extra inspanningen nodig zijnen dan te bekijken wie dat het beste naar zich toe kan trekken.Hoe gaat dat bij jullie?” vraag ik.

Het zijn altijd dezelfde mensen

“Het zijn hier altijd dezelfde mensen die het naar zich toetrekken” zegt Hafid.

“Welke vragen roept dit op?” vraag ik terwijl ik de teamleden die zich tot nu toe stil hielden aankijk.

“Nou, ik vraag me natuurlijk wel af of ik hier nuop het beklaagdenbankje word gezet” reageert Eline.“Want sinds mijn burnout ben ik wel beter mijn grenzen gaan stellen.”

Het blijft stil.

“Vragen meer mensen zich af of ze zich aangesproken moeten voelen?” check ik.Er gaan drie handen omhoog.“Willen jullie dat ook toetsen bij jullie collega’s?”

“Zeker” antwoordt Eline. De andere drie knikken.

Rebecca reageert als eerste.“Nou, niet lullig bedoeld, maar ik merk dat wij de laatste tijd vaak rechtsreeks benaderd worden met vragen of verzoeken om voor advies bij een overleg aan te sluiten.Ik zie dat jullie veel minder vaak benaderd wordenen daardoor krijgen wij alles op ons bord.En ja, als ik heel eerlijk ben dan komt dat ook omdat jullie wat eerder je grenzen aangeven.”

“Ja, maar is dat zo verkeerd dan? Wat willen we dan dat onze norm is?” reageert Eline nu feller.Rob, één van de stillere teamleden, reageert nu ook:“Ik denk dat ik ook niet zoveel benaderd wordt omdat ik hier nog niet zo lang ben.”

“Maar je vraagt niet of je wat van ons kan overnemen.” Zegt Rebecca. “Nee dat is waar…” zegt Rob.

Het probleem in stand houden

“Hoe houden jullie dit probleem met z’n allen in stand?” vraag ik.

Nu horen we Aryana voor het eerst. “Ik denk dat wij geen idee hadden dat onze collega’s zoveel extra werk op hun bord kregen en dat zij ons daar misschien ook te weinig in hebben meegenomen.”

“We hebben toch regelmatig aangegeven dat we het heel druk hadden!” zegt Hafid.

Een teamprobleem

“Hoe kunnen jullie ervoor zorgen dat extra werk een teamprobleem wordt?” vraag ik. “Door niet gelijk op welke vraag in te springen,maar het eerst in het team terug te brengen.” Zegt Ayana.“We kunnen dan samen kijken welke prioriteiten we stellen,of het haalbaar is en wie het gaat doen.”

“Maar dan moeten niet altijd weer dezelfde mensen reageren” zegt Rebecca.“Nee, daar heb je gelijk in” zegt Eline.

Het team komt tot afspraken over hoe ze hun afstemmingrond extra werk gaan organiseren.Ze nemen zich voor om op dit punt voortaan als team te opereren.

Vitale teamsIn onze visie is er een wezenlijk verschil:teams waarvan de individuele leden extra inspanningen leverenof teams waarin ze als team extra inspanningen leveren,zoals dit team besloot te doen.De laatste zijn de meest vitale teams.

Het maakt niet uit of alle individuele teamleden extra inspanningen leverenof enkele.Het maakt zwakke teams waarin mensen kwetsbaar zijn.

Je hebt elkaar nodig om te bepalen of je met de juiste dingen bezig bent,om elkaar te steunen,te kijken hoe het gesteld is met ieders draaglast, draagkracht en draagvermogen van dat moment.om te prioriteren,om te besluiten grenzen te stellen.

Opslaan of printen

Over Firijn

Firijn ontgrendelt de kracht van groepen.

Er zit zoveel meer in een soepel werkend team. Meer plezier, meer inzet, meer commitment, meer snelheid en vooral: meer resultaat. In omzet, in klanttevredenheid, in prestaties, in efficiency, in kwaliteit. Om dat er uit te halen, moet je soms wél stevig ingrijpen. En dan heb je aan ons een goeie.
We hebben een behoorlijk afwijkende werkwijze van de meeste andere coaches.

In alles wat we doen nemen we de groep als geheel als uitgangspunt – niet het individu. Omdat we geloven dat échte verandering, verandering die blijft, alleen in de onderlinge dynamiek kan plaatsvinden. Het is de interactie die teams kan bouwen en breken.

Ben je geïnteresseerd geraakt? Aarzel in dat geval niet om contact met ons op te nemen. Wij zijn er voor je. En voor je team.

Kleine stappen met grote impact

Kleine stappen met grote impact

 

“Hoe zijn we hier nu weer opgekomen?” vraagt Marieke.

Ze kijkt even naar Jim.
“Dat weet ik ook niet.” zegt hij.
“We zijn vast weer afgedwaald.”

Er wordt gelachen en volop geknikt.
Iedereen heeft in de gaten wat er aan de hand is.

“Ja, we doen het weer.”

Ik ben aan de slag met een team passievolle professionals
die met veel liefde voor hun cliënten en hun vak aan het werk zijn.

Zo veel passie dat ze soms zelf het spoor kwijtraken.
Ze verliezen zich erin.
Te vaak komen ze in overleg tijd te kort.
Niet omdat er te kort tijd is,
maar omdat ze allerlei zijpaden bewandelen
waardoor bijna elk overleg uitloopt.
Er lekt al een tijd energie op weg,
met de energie lekt ook de passie langzaam uit het overleg.

Zijpaden bewandelen 

Ze hebben daarom tijdens de vorige teamsessie
afgesproken dat ze elkaar scherper
gaan houden op het bewandelen van zijpaden.
Elkaar bij les houden.

Dat blijkt in de praktijk helemaal niet zo makkelijk.
Er is zoveel te vertellen over hun vak en over hun cliënten.

Maar ze beginnen er lol in te krijgen.

Bewust onbekwaam

Vol verve storten ze zich in deze leerfase met elkaar.
Ze beginnen steeds sneller in te zien wanneer ze afdwalen.

Marieke heeft hier talent voor.
Zij heeft snel in de gaten wanneer het gebeurt.
En ze heeft een manier gevonden om dit in de groep te gooien.

“Vinden jullie het eigenlijk oké als ik af en toe roep dat we afdwalen”?” vraagt Marieke.

Bijna iedereen steekt z’n hand op.
Want dat is de snelste manier om te toetsen hebben ze ontdekt.

Alleen Kira aarzelt.

“Ja, wat als ik nu vind dat ik echt iets belangrijks te zeggen heb?”
vraagt ze zich hardop af.
“Ik weet niet of ik dan de ruimte zou voelen om dat te zeggen.
Zeker als jij meteen roept dat we afdwalen.”

Verbreden

Ik vraag of er meer mensen herkennen wat Kira aangeeft.

Ze blijkt niet de enige te zijn.
Ook Tessa en Hakim vinden het ingewikkeld.
“Gaat er geen essentiële inhoud verloren
als we zo gaan sturen op de voortgang?”

“Je kunt er donder op zeggen dat er af en toe essentiële inhoud blijft liggen.” zeg ik.
Ze kijken me een beetje verward aan.
Alsof ze willen zeggen
“jij bent er toch om ons te helpen met oplossingen?”

De realiteit

Ik licht het nog wat verder toe.
“Bij nieuw gedrag uitproberen hoort ook dat je risico loopt.
Mogelijk gaat er ook iets verloren dat heel waardevol voor jullie is.
Het delen van meningen, ervaringen etcetera zal meer begrensd worden.
Geheid ga je daar soms in overdrijven.
Dat hoort bij het leerproces.”

“Dat is waar. Misschien moeten we het gewoon aangaan.” zegt Tessa nu.

“Kunnen jullie een afspraak maken voor het geval
een van jullie denkt dat er belangrijke inbreng blijft liggen?”

“Misschien helpt het als je hardop zegt dat je iets heel belangrijk vindt?”
stelt Kay voor. “Dan weten we dat jij dat graag wilt bespreken.
En kunnen we samen bepalen of en wanneer daar ruimte voor is.
Is dat een idee?”

Kleine stappen vooruit

Samen komen ze tot een voorlopige oplossing.
Ze spreken af om het de komende weken op deze manier te doen.
Over 2 maanden evalueren ze hoe het gaat.

Stap voor stap werken ze aan een beter overlegklimaat.

 

Over Firijn

Firijn ontgrendelt de kracht van groepen.

Er zit zoveel meer in een soepel werkend team. Meer plezier, meer inzet, meer commitment, meer snelheid en vooral: meer resultaat. In omzet, in klanttevredenheid, in prestaties, in efficiency, in kwaliteit. Om dat er uit te halen, moet je soms wél stevig ingrijpen. En dan heb je aan ons een goeie.
We hebben een behoorlijk afwijkende werkwijze van de meeste andere coaches.

In alles wat we doen nemen we de groep als geheel als uitgangspunt – niet het individu. Omdat we geloven dat échte verandering, verandering die blijft, alleen in de onderlinge dynamiek kan plaatsvinden. Het is de interactie die teams kan bouwen en breken.

Ben je geïnteresseerd geraakt? Aarzel in dat geval niet om contact met ons op te nemen. Wij zijn er voor je. En voor je team.

Blog opslaan als pdf

Leiderschap. Makkelijker gezegd dan gedaan.

Leiderschap. Makkelijker gezegd dan gedaan.

 

We begeleidden twee jaar geleden een team met een mega olifant.
Een niet functionerend afdelingshoofd.

Toen we individueel met de MT leden spraken kwam die olifant al snel op tafel.
Het afdelingshoofd werd beschreven als grillig, chaotisch en onvoorspelbaar.
Ieder van de MT leden had zo zijn eigen redenen om het afdelingshoofd geen feedback te geven.

De één omdat ze nog op een tijdelijk contract functioneerde,
de ander omdat eerdere pogingen niks uithaalde.
We spraken ook een MT lid die zich geïntimideerd en bang voelde.

MT coaching

De eerste MT sessie die we begeleidde, verliep hoopvol.
Het afdelingshoofd ontving feedback van drie MT leden.
Weliswaar nog voorzichtige feedback,
maar concreet genoeg voor het afdelingshoofd om haar lessen uit te trekken.

Met vallen en opstaan maakte het MT samen stappen.
Het afdelingshoofd bleef achter.

Daardoor werd pijnlijk zichtbaar hoe andere MT leden
Steeds meer overnamen van het afdelingshoofd.
Haar fouten wegpoetsten, onhandige uitspraken naar medewerkers goed praatten,
gesprekken en overleggen van haar overnamen.
Alles om de teams goed te laten draaien.

Al die reddingsacties vielen de MT leden steeds zwaarder.
Hun eigen werk ging immers ook gewoon door.
En het werkte contraproductief.
Want hoe meer zij aan het redden waren
hoe grilliger en onvoorspelbaarder het afdelingshoofd werd.

Ook wij kwamen tot de conclusie dat op deze afdeling weinig
zou verbeteren zolang dit afdelingshoofd er was.

Pijnlijk besluit

We besloten om een signaal naar onze opdrachtgever af te geven.
Daarvoor moesten we eerst onze pijnlijke conclusie met het afdelingshoofd delen.

Haar gepijnigde blik vergeten we niet snel.
Dit zijn de momenten dat ons vak even niet zo leuk is.
Het zijn de momenten dat we de dader in onszelf hebben in te zetten.
Onze onschuld en relatief veilige positie in organisaties achter ons moeten laten.
Doelbewust iemand pijn moeten doen.

Voor ons was het nog relatief makkelijk om onze verantwoordelijkheid
als opdrachtnemer op te pakken.

Voor de MT leden was het niet te doen.
Twee van hen zijn vertrokken. Ze konden er niet meer tegen.
Ze waren klaar met het gedrag van hun leidinggevende.
De rest bleef redden,
zodat hun teams er minimaal onder zouden leiden.

Ze spraken de leidinggevende wel aan op haar gedrag,
en bleven haar ook de hand boven het hoofd houden.

Niemand zocht het hogerop met zijn klachten.

Niemand wilde het ontslag van het afdelingshoofd op zijn geweten hebben.
Zelfs niet als ze er zelf aan onderdoor zouden gaan.

Leiderschap vraagt daderschap

Hilbrand Westra, legt leiderschap uit in drie woorden,
afgekort als EVA.

EVA staat voor
Eigenaarschap
Verantwoordelijkheid en
(gepaste) Actie

Hij maakt expliciet onderscheid tussen de begrippen
eigenaarschap en verantwoordelijkheid,
waarbij hij eigenaarschap uitlegt als dat wat je je vanuit jouw rol toe-eigent.

Verantwoordelijkheid gaat over het nemen van de (mogelijke)
consequenties van dat eigenaarschap.

Beide hebben invloed op het gedrag, ofwel de actie, die je laat zien.
Afgestemde Actie betekent dat wat je doet past binnen de dan gegeven situatie.
Dit wordt ook wel contextueel congruent genoemd.

Deze MT leden voelden duidelijk eigenaarschap
voor het creëren van een werkplek
waar hun medewerkers goed en prettig kunnen functioneren
én ze voelden eigenaarschap voor het functioneren van het MT als geheel.

Echter, ze waren vooralsnog onvoldoende bereid
tot het nemen van verantwoordelijkheid voor de mogelijke consequenties.

Dat leidde tot actie met de handrem erop.

EVA betekent in dit geval dat MT leden
de confrontatie aangaan met hun leidinggevende.

All the way gaan,
door bij haar aan te geven dat ze geen vertrouwen hebben
in haar functioneren als afdelingshoofd.

Dat ze dermate last hebben van haar gedrag
Dat ze ’s avonds huilend of met pijn in hun buik in bed liggen.
Dat ze al tien keer overwogen hebben te stoppen met hun baan
omdat ze er zo onder gebukt gaan.
Dat ze besloten hebben er melding van te gaan maken.
Dat ze dat ook doen.
Dat ze zich realiseren in welk pakket ze hun leidinggevende
én zichzelf daarmee brengen.

Dat ze bereid zijn daar de volle verantwoordelijkheid voor te nemen
en de consequenties van te dragen.
Zelfs als dat hun eigen ontslag betekent.
Omdat het beter is voor de hele afdeling.

Dat is gepaste actie.
Dat is leiderschap.

Ga er maar aan staan.

Als de teamcultuur niet past bij de opdracht

Als de teamcultuur niet past bij de opdracht

“Ik geloof dat ik niet zo goed snap wat je bedoelt met die assen.
Kun je dat nog een keer uitleggen?”
Een aantal van haar collega’s knikken driftig mee.
De rest kijkt wat glazig voor zich uit.
Maar lijkt ook niet direct te snappen wat ik bedoel.

Misschien ben ik wat te vaag gebleven bedenk ik me.
Dus leg ik, deze keer concreter, uit hoe het model precies bedoeld is.

We zijn aan het werk met een team in de zorg.
Een heel divers, multidisciplinair team,
stuk voor stuk professionals in hun vak.
Ze hebben elkaar nodig om hun vakgebied
te versterken en de zorg voor hun patiënten te optimaliseren.

Kritische vragen

We hebben dit team uitgenodigd om in het model
een plek te kiezen die past bij de cultuur van dit team,
maar ze blijven vragen stellen.
Voordat ik m’n uitleg half af heb wordt de volgende vraag alweer gesteld.

M’n alarmbellen gaan nu langzamerhand rinkelen.
Blijkbaar is dit een patroon van dit team.

Ze willen eerst van de hoed en de rand weten voordat ze aan de slag gaan.
Dus stellen ze allerlei vragen.
Vragen die we in de meeste teams niet krijgen.
En die we op deze plek niet verwachten.

Teamcultuur

Dit patroon zien we vooral in wat wij een ‘doe-maar-gewoon-team noemen’
De ene keer omdat het team alles heel precies wil weten,
want precisie hebben ze hoog in het vaandel staan.
De andere keer omdat ze liever niet uit hun comfortzone gaan door in beweging te komen.
Want ze houden liever alles zoals het was.

Verandering of ‘anders dan anders’, daar zijn doe-maar-gewoon-teams niet zo van.

Doe-maar-gewoon teams zijn taakgericht en houden zich in de regel met interne zaken bezig.
Denk aan een financiële administratie of een ondersteunende ICT dienst.

Als we het team eindelijk verleid hebben te gaan staan,
Bevestigen ze onze eerste indrukken: verassend veel mensen staan in het doe-maar-gewoon kwadrant.

Past de cultuur bij de opdracht van het team?

Dit is echter een team in de zorg.
Een team dat met meerdere disciplines werkt met en voor patiënten.
Dus daar verwachten we geen doe-maar-gewoon cultuur met een interne oriëntatie.
Wij zouden eerder het tegenovergestelde verwachten.

We vragen de teamleden eens rond te kijken.
En elkaar te bevragen.

Cylla trapt af.
“Eigenlijk best bijzonder. We denken allemaal dat we erg gericht zijn
op de patiënt en toch staan we met z’n allen aan de interne kant van dit model.
Dus als team zijn we helemaal niet zo extern gericht.
Zijn we misschien wel minder met de patiënt bezig dan we zouden willen of moeten.”

“Dat herken ik wel” gaat Joya verder.

“We zijn veel meer bezig met al die eilandjes in ons team
dan met onze patiënten.
Tenminste daar lijken we ons veel drukker om te maken.
Daar besteden we in ieder geval meer tijd aan.
In ons overleg en ook bij de koffieautomaat.”

De eerste ongeschreven regels worden helder

“Ja” gaat Joris verder “En het is hier ook toegestaan
om een poli af te zeggen omdat je aan een project moet werken.
Ongeacht wat dit voor de patiënt betekent.”

“Ja, idioot eigenlijk als je dat zo hardop zegt” lacht Joya.

Als ik vervolgens vraag waar ze wel wat meer van zouden
kunnen of willen gebruiken dan schuift het team,
zoals verwacht, naar extern gericht op: een combinatie van de hart & ziel en cowboy-cultuur.
Op inhoud willen ze wel graag de zorgvuldigheid koesteren die past bij hun huidige cultuur.

“We zouden wel wat directer kunnen zijn.
We zijn nu vaak wel erg voorzichtig met elkaar.
We wegen onze woorden heel zorgvuldig.
Daar schieten we wel eens in door.
Dat zou wel ietsje minder kunnen.” zegt Maria.

“Wil je dat eens toetsen bij je collega’s? vragen we.
“Wie is het daarmee eens?” toetst Maria.
Er gaan veel enthousiaste handen omhoog.

Die van Ruud gaat slechts half omhoog.
“Maar het hoeft wat mij betreft ook weer niet te bot
en te direct te worden. Die zorgvuldigheid en vriendelijkheid
vind ik ook waardevol.” zegt hij aarzelend.

We besluiten om dit team met het spel der ongeschreven regels te laten werken,
om scherper te krijgen waar ze als team concreet mee aan de slag kunnen en samen voor willen gaan.

Je kunt misschien wel raden welke
ongeschreven regel ze allemaal graag wilden veranderen.

 

Hoe krijg je jouw team uit de ja-maar-stand

Hoe krijg je jouw team uit de ja-maar-stand

 

“Teamleden zijn zo voorzichtig.
Ze gaan altijd eerst in de weerstand
als er een verandering wordt aangekondigd.
Het zou zo fijn als ze het eerst eens zouden proberen.
In plaats van meteen commentaar te leveren.” Zegt Edith.

We voeren een intake gesprek met een teamleider
van een team gedreven professionals.
Er is de laatste tijd veel veranderd,
en de komende tijd zal dat niet anders worden.
Edith ervaart nu elke keer weerstand van het team
als ze een nieuwe verandering door wil voeren.
Dodelijk vermoeiend.
Dat zou ze graag anders zien.

Een voorstel

We stellen voor om te starten met een hele dag met het team.

“Oh, nee hoor dat lukt nooit.” sputtert Edith tegen.
“Ik snap het belang van een dag absoluut.
In een halve dag krijgen we misschien weinig voor elkaar,
maar dat krijgen we echt niet gepland ben ik bang.”

Interessant is dat toch.

Het gedrag dat Edith haar team verwijt laat ze zelf,
weliswaar in een andere vorm, ook zien.
Dat zien we vaker in organisaties.
Patronen die zich op meerdere plekken in de organisatie herhalen.
In dit geval het patroon om voorstellen of ideeën
in eerste instantie af te wijzen.

Het gedrag was er ook al eerder in het gesprek,
realiseerden we ons nu.
Toen ze maar doemscenario’s (“wat als ze….”) bleef opnoemen
in reactie op ons programmavoorstel.
We voelden de energie wegzakken.

Gelukkig hadden we dat op tijd in de gaten.

Patronen herkennen

“Het patroon dat je in jouw team benoemd,
zien we in dit gesprek tussen ons ook terug” geven we aan.

De teamleider kijkt ons verontrust aan.
“Nou, dat maakt me wel heel nieuwsgierig” zegt ze vervolgens oprecht.

“Ik sta bijna op het punt om af te haken voor deze opdracht” antwoordt Léonie.
“We snappen dat je een oplossing wilt voor jouw team.
Maar op het voorstel dat we doen lijk je alleen maar bezwaren te zien.
Je komt met allemaal argumenten waarom het niet zou kunnen.
Je hebt ons nog geen enkele vraag gesteld.
Dat vind ik niet echt motiverend.”

Een beetje ongemak verduren

“Oh, sorry” zegt Edith.

“Enne..” gaan we een stapje verder.
“Is dit niet precies wat jij jouw team verwijt?”

Edith zucht eens diep.
Ze haalt haar schouders op.
Schuift wat heen en weer op haar stoel.

Haar ongemak is duidelijk.

“Tjonge..”

Nieuw gedrag

“Wat zou er gebeuren als jij nieuwe voorstellen zou omarmen?
Zou verkennen welke mogelijkheden er zijn?
Vragen zou stellen?
Voordat je met bezwaren komt.”

“Tja, dat zou mooi voorbeeldgedrag voor mijn team zijn” zucht Edith.
“Ik ga eens kijken wat er wél mogelijk is en of we die dag kunnen realiseren” zegt ze lachend.

Het kwartje lijkt te zijn gevallen.

 

Waar onbehoorlijk gedrag in teams vandaan komt

Waar onbehoorlijk gedrag in teams vandaan komt

 

We begeleiden een team in de crisisopvang.
Ze werken met een pittige doelgroep.
Agressie en escalaties liggen voortdurend op de loer.

In subgroepen hebben ze, met poppetjes een opstelling gemaakt van het team, waarin ze de verschillende rollen binnen het team een plek hebben gegeven.
Eén van de gedragsdeskundigen licht toe waar haar rol zich bevindt.
Ze zet een groot poppetje neer.
Het staat hoger dan de rest.

Op een voetstuk

“Hier word ik regelmatig neergezet.
Ik voel dan een enorm appel vanuit jullie om met de juiste oplossing te komen.
En als het spannend wordt of niet gaat zoals jullie willen, dan gebeurt er dit.”
Ze pakt een ander poppetje en gooit de gedragsdeskundige in de opstelling van haar voetstuk af.

Het leidt vrijwel direct tot her- en erkenning.
“Ja, dat doen we inderdaad.” reageert Linda.
De rest zit er een beetje beduusd bij.

Ongeschreven regels

De dag is nog maar net begonnen en de eerste ongeschreven regel is al helder:
Als het slecht gaat wijzen we naar de gedragsdeskundigen.

Later op de dag gaat het team met ons Spel der ongeschreven regels aan de slag en komen onder andere deze ongeschreven regels naar voren:
Degene die het hardst schreeuwt krijgt hier de meeste aandacht.
Je hoeft een afspraak niet na te komen als je er niet achter staat.
Als het crisis is, mogen we onze emoties (in een overleg met elkaar) de vrije loop laten. Daar zegt niemand wat van.

Op één van de flaps met ongeschreven regels, schreef een groepje teamleden:
Geldt ook voor onze cliënten.

Parallelle processen in teams

“Wie herkent dat? Dat er patronen in jullie team spelen die ook in jullie cliëntengroep spelen?” checken we.
Alle teamleden steken hun hand op.
Ze hadden er nog niet eerder bij stilgestaan,
maar nu het benoemd is, is het voor iedereen zo helder als wat.

Het team neemt het gedrag van de cliënten over en vice versa.
Dit fenomeen wordt een parallel proces genoemd.

Parallelprocessen zijn patronen in de interactie,
die zich herhalen tussen twee of meer verschillende groepen van mensen.
Het is vooral bekend uit de klinisch therapeutische setting,
maar in elk team spelen parallelprocessen een rol.

Zo kunnen teams bijvoorbeeld meestal niet harder groeien
dan het managementteam waar hun leidinggevende deel van uitmaakt.
Als daar discussies niet op het scherpst van de snede gevoerd kunnen worden,
gebeurt dat in de laag daaronder doorgaans ook niet.
Gaat het management team groeien,
Dan komt de laag daaronder ook makkelijker in beweging.

Terug naar het crisisteam.
Wat heeft dit team te doen,
nu ze zich bewust zijn van het parallelle proces dat plaatsvindt?

Normaliseren

De eerste stap is al genomen.
Ze realiseren zich dat ze gedrag van hun cliënten overnemen
en mogelijk ook vice versa.

De volgende stap is normaliseren.
Het helpt als het team zich realiseert dat dit een normaal
en veelvoorkomend fenomeen is.
Ze zijn geen raar en afwijkend team.
It comes with the job.

Door te normaliseren neem je mogelijke schaamte weg.
Daardoor is het voor het team makkelijker om zonder al te veel oordeel
naar hun eigen gedrag te kijken.

En dat kijken naar eigen gedrag is noodzakelijk
om parallelle processen ook in de toekomst te herkennen
en steeds weer met elkaar bespreekbaar te maken.

Onbehoorlijk gedrag?

Het herkennen, normaliseren en bespreken is al een grote stap.
Omdat het er toe leidt dat teams zich gaan realiseren
waar het patroon thuishoort: bij de cliëntengroep.
(hoewel het in werkelijkheid gecompliceerder ligt, maar daarover misschien later nog een blog)

Dit crisisteam besloot eerst aan de slag te gaan met deze ongeschreven regel:
Als het crisis is, mogen we onze emoties (in een overleg met elkaar) de vrije loop laten. Daar zegt niemand wat van. Ook niet als het onbehoorlijk wordt.

Ze gaan inhoud en emoties bewuster scheiden.
Letterlijk, door na incidenten eerst ruimte te maken voor emoties
en daarna pas de inhoud te bespreken.
Zo houden ze het bespreken van de inhoud professioneel en begrenst
en hoeft niemand zich geschoffeerd of onveilig te voelen.

Op individueel niveau nemen mensen zich voor
om meer eigenaarschap op hun emoties te nemen.
Dat gaat ieder op zijn eigen manier proberen.
Door eerlijker naar zichzelf te zijn, door zichzelf de ruimte te gunnen na een incident,
door hun emoties eerder hardop te benoemen, door collega’s te helpen en door hulp te vragen.

Bij wie hoort het thuis?

In het groot en in het klein zien we parallelle processen in alle organisaties terug.
Probeer ze te herkennen, te erkennen en erover in gesprek te gaan.
Ga samen na waar de patronen thuis horen
En laat ze daar waar ze thuis horen.