Onze blogs ontvangen? Next level tips voor slimme teaminterventies
Als je je inschrijft krijg je twee cadeautjes: ons ebook over teams met gedoe en een handout met luie teaminterventies.
Klik hier voor onze Privacyverklaring
In dit blog delen we een valkuil met je. Eentje waar we regelmatig teamcoaches en leidinggevenden in zien stappen. En eerlijk is eerlijk: we konden er zelf in onze beginperiode als teamcoach ook wat van.
We geven twee voorbeelden. In het eerste voorbeeld zien we een teamcoach (kan net zo goed een leidinggevende zijn) die zich laat verleiden tot individuele interventies.
Teamcoach: “Uit de voorgesprekken kwam naar voren dat niet iedereen zich durft uit te spreken. Klopt dat?”
Het blijft stil. Teamleden kijken afwachtend rond.
Teamcoach: “Wie herkent dit?”
Judith: “Nou, ik herken het wel enigszins. Het zegt ook veel over mij hoor, maar ik vind het best spannend om me uit te spreken in dit team.”
Teamcoach: “Kun je dat uitleggen?”
Judith: “Nou, wat ik zeg… ik vind het gewoon niet altijd makkelijk.”
Teamcoach: “In hoeverre speelt daarbij ook de sfeer en dynamiek in het team een rol?”
Judith: “Eeeuh, misschien een beetje ja.”
Teamcoach: “Hoe bedoel je dat precies?”
Judith: “Nou, niet iedereen is altijd even aanspreekbaar.”
De teamcoach kijkt verwachtingsvol naar Judith. Samen met de rest van het team.
Judith: “Ik ervaar sommige mensen als best dominant.”
Ze kijkt onzeker naar de grond.
Nu reageert Miriam: “Hoe bedoel je? Ervaar je mij ook als dominant?”
Judith: “Euh, ja soms best wel… begrijp me niet verkeerd hoor, ik vind je echt een hele fijne collega en je weet zo ontzettend veel van ons vak. Maar soms vind ik het moeilijk om mijn eigen mening te geven of om je feedback te geven.”
Leidinggevende: “Wat moedig van je Judith, om dit zo te benoemen!”
Teamcoach: “Ja, wat ontzettend mooi dat je je zo kwetsbaar opstelt!”
De teamcoach uit dit voorbeeld zorgde er onbedoeld voor
dat het betrokken teamlid de volgende dag met haar hoofd
op het hakblok kwam te liggen.
Met lood in haar schoenen ging Judith naar het werk
en daar kreeg ze de wind van voren
van een paar teamleden die zich geschoffeerd voelden.
Judith weet dat ze echt niet de enige is,
maar tot haar grote woede en frustratie kreeg ze geen enkele bijval.
Niet tijdens de teamsessie en ook nu niet.
De verhoudingen in het team
zijn er niet beter op geworden sinds de teamsessie,
alleen maar slechter.
Judith was zo moedig zich uit te spreken
maar kwam alleen te staan.
Dit ging ze niet nog een keer doen, ze nam ze zich voor om zich nooit meer
op deze manier uit te spreken.
Als je de kracht van de groep benutten
om spannende én constructieve gesprekken op gang te helpen?
Wil je dat deze beweging doorgaat ook als jij er niet bij bent?
In het volgende voorbeeld delen we een aantal interventies
die de kans op succes enorm vergroten.
Teamcoach: “uit de voorgesprekken kwam naar voren dat een aantal mensen geen moeite heeft om zich uit te spreken en een aantal mensen gaven aan dat juist vaak lastig te vinden.”
Teamcoach: “welke vragen hebben jullie daarover aan elkaar?”
Esma: “Ik ben eigenlijk wel benieuwd wie het lastig vindt om zich uit te spreken.”
Niemand zegt iets.
“Tjonge, jonge is dat ook weer te spannend om te zeggen? Kom op jongens, daarvoor zitten we nu toch bij elkaar?”
Judith: “nou, ik herken het wel enigszins. Het zegt ook veel over mij hoor, maar ik vind het best spannend om me uit te spreken in dit team.”
Miriam: “Waarom dan?”
Teamcoach: “Hou je vraag even vast. Eerst even checken: wie herkent dat het soms spannend is om je uit te spreken in dit team?”
De teamcoach steekt haar hand omhoog als uitnodiging en maakt bewust wat langer oogcontact met de mensen die tot dat moment nog weinig gezegd hebben.
Er gaan drie handen de lucht in.
Teamcoach: “dus vier mensen herkennen het. Welke vragen roept dat op?”
Miriam: “ik vraag me nu af of jullie dat bij mij ervaren”
Het valt even stil.
Dan reageert Mariken. “Nou, eerlijk gezegd wel een beetje. Begrijp me niet verkeerd hoor.”
Teamcoach: “zijn er meer mensen die zich afvragen of het over hen gaat nu?”
Miriam: “Ja, ik eigenlijk wel.”
Teun: “ik vraag het me ook wel af ja. Ik werk hier tenslotte al een tijd en misschien maakt dat mij soms dominanter dan ik door heb.”
Judith reageert: “Nee Teun, bij jou ervaar ik het niet.”
Miriam: “En bij mij dus wel? “
Judith: “Nou, soms wel ja. Soms heb ik het gevoel dat je niet echt openstaat voor ideeën die anders zijn dan hoe jij het altijd gewend was.”
Teamcoach: “jullie wilden meer op het scherpst van de snede met elkaar samenwerken. Hoe gaat dat op dit moment?”
Mariken: “volgens mij best goed toch?
We spreken ons uit nu.
En er wordt naar geluisterd. Ik vind dat best fijn!”
Als je gedragsverandering in gang wilt helpen zetten in een team, creëer dan eerst groepsdruk. Ofwel: voorkom dat mensen alleen blijven staan die zich uit durven spreken. Ga eerst op zoek naar potentiële medestanders en nodig dan het team uit om elkaar te bevragen.
Voorkom
Dat jij degene bent die de vragen stelt aan individuele teamleden
Dat jij doorvraagt
Dat jij complimenten geeft
In al die gevallen stap je midden in het systeem in plaats van erbuiten te blijven en de teamleden zelf het werk te laten doen.
Wil je deze en nog veel meer slimme teaminterventies leren doen? Kijk dan eens naar ons opleidingsaanbod voor teamcoaches en voor leidinggevenden.
Firijn ontgrendelt de kracht van groepen.
Er zit zoveel meer in een soepel werkend team. Meer plezier, meer inzet, meer commitment, meer snelheid en vooral: meer resultaat. In omzet, in klanttevredenheid, in prestaties, in efficiency, in kwaliteit. Om dat er uit te halen, moet je soms wél stevig ingrijpen. En dan heb je aan ons een goeie.
We hebben een behoorlijk afwijkende werkwijze van de meeste andere coaches.
In alles wat we doen nemen we de groep als geheel als uitgangspunt – niet het individu. Omdat we geloven dat échte verandering, verandering die blijft, alleen in de onderlinge dynamiek kan plaatsvinden. Het is de interactie die teams kan bouwen en breken.
Ben je geïnteresseerd geraakt? Aarzel in dat geval niet om contact met ons op te nemen. Wij zijn er voor je. En voor je team.

“Hoe kijk jij naar jouw plek en positie in dit Management Team?
Wat is jouw unieke bijdrage?”
Vraag ik de HR businesspartner van een gemeentelijk MT
Ik voel dat de vraag spannend is om te stellen.
Ik begeef me op taboe-terrein.
“Ja, dat is een goeie vraag.” zegt ze.
Daarna begint ze te praten.
Over hoe onzeker ze überhaupt is over haar rol in de organisatie.
Een rol die in de huidige vorm nog niet zo lang bestaat
En waar ze met vallen en opstaan vorm aan probeert te geven.
Ze geeft alleen geen antwoord op mijn vraag.
Ik wijs haar daarop.
Dan valt ze stil.
“Ik vind dat echt best een lastige vraag.
Ook confronterend,
omdat ik merk dat ik het niet goed onder woorden kan brengen.
In 1 op 1 situaties heb ik een duidelijke adviserende rol
en voel ik me van betekenis.
Maar in het MT gaat het al een jaar over project x en y
en zie ik weinig raakvlakken met mijn vakgebied.”
We zitten middenin een MT coachtraject
en voeren met alle MT leden een individueel gesprek.
Daar hebben ze zelf om gevraagd.
Aan alle MT leden stel ik dezelfde vraag:
“Hoe kijk jij naar jouw plek en positie in dit MT?
Wat is jouw unieke bijdrage?”
Iedereen worstelt op zijn eigen manier met deze vraag.
Ik voeg na dat eerste gesprek een vraag toe:
“In hoeverre mag er verschil gemaakt worden in jullie team?”
Zijn er rollen die belangrijker zijn dan andere?
Het wordt helder welke ongeschreven regels hoogtij vieren in dit team:
Iedereen is hier gelijk. We maken geen onderscheid.
Iedereen mag meepraten en meebeslissen, ongeacht het onderwerp,
want wij doen het samen.
Klinkt best goed toch?
Toch niet.
We zien deze ongeschreven regels in veel management teams terug,
met alle onhandige gevolgen van dien.
We noemen een paar voorbeelden.
Een MT van een afdeling binnen een academisch ziekenhuis
bestaat uit inmiddels 8 leden.
De totale afdeling telt 35 leden.
Van oudsher wordt er op deze afdeling veel gemopperd
over ‘niet meegenomen worden’ in besluiten.
Om daar gehoor aan te geven
zijn uit steeds meer disciplines
mensen toegevoegd aan het MT.
Gevolg is dat de slagkracht verdwenen is.
Er zijn voortdurend misverstanden over wat de afspraken zijn.
Iedereen kan nu meepraten,
maar besluiten worden nauwelijks genomen
of kosten te veel tijd.
Binnen een zorgorganisatie bestaat het MT
uit de bestuurder, vier zorgmanagers, de business controller,
de HR manager en de manager facilitair.
Ook hier geldt de ongeschreven regel dat iedereen
over alle onderwerpen meepraat en mee besluit.
Als ze er niet uitkomen, hakt de bestuurder een knoop door.
Deze laat zich in de praktijk echter meer adviseren
door stafleden dan door de managers
die over het primaire zorgproces gaan.
Simpelweg omdat zij bij elkaar op één verdieping werken
en elkaar daarom veel vaker spreken.
De zorgmanagers werken in de regio,
met een veel grotere span of control
en hebben geen tijd voor informeel overleg.
Laatst kwamen we in een organisatie
waar het juist heel duidelijk geregeld was.
De Marketing manager is daar expliciet gepositioneerd
als het MT lid dat een grotere stem heeft
in een aantal strategische besluiten dan anderen.
Waarom?
Het is een online winkel waar marketing een centrale plek inneemt.
Iedereen in dat MT kent zijn of haar plek én de plek van de ander,
omdat ze dat met elkaar hebben uit- en afgesproken.
Ze gaan nog verder:
als het onderwerp op de agenda je niet aangaat,
dan ben je er niet bij.
Lekker duidelijk.
Dit team durft dus openlijk in- en uit te sluiten.
Hierdoor kunnen teamleden makkelijker
de plek innemen die werkelijk past bij hun rol en expertise.
Hoe zit het in jouw team?
Firijn ontgrendelt de kracht van groepen én leert jou de kracht van jouw team te ontgrendelen
Er zit zoveel meer in een soepel werkend team. Meer plezier, meer inzet, meer commitment, meer snelheid en vooral: meer resultaat. In omzet, in klanttevredenheid, in prestaties, in efficiency, in kwaliteit. Om dat er uit te halen, moet je soms wél stevig ingrijpen. En dan heb je aan ons een goeie.
We hebben een behoorlijk afwijkende werkwijze van de meeste andere coaches.
In alles wat we doen nemen we de groep als geheel als uitgangspunt – niet het individu. Omdat we geloven dat échte verandering, verandering die blijft, alleen in de onderlinge dynamiek kan plaatsvinden. Het is de interactie die teams kan bouwen en breken.
Wil je je team laten coachen? Klik dan hier. Wil je zelf getraind worden om jouw team(s) beter te coachen? Kijk dan eens binnen de Firijn Academie.
Wij zijn er voor je. En voor je team.

Wat gebeurt er als een leidinggevende buitengesloten wordt door haar team? Imre, een leidinggevende, ervaart dit wanneer haar team zich onverwacht in panterprint hult tijdens een teamdag. Dit ongemak biedt een kans om open te praten over verwachtingen en samenwerking. Het resulteert in duidelijke afspraken en een sterker team.
“Ik ben zo benieuwd hoe het gaat zijn vandaag.
Ik heb werkelijk geen idee.”
We staan te praten met Imre.
Ze is leidinggevende van dit wijkteam.
Sinds haar komst doet Imre pogingen om
contact met de teamleden te krijgen.
Dat lukt maar mondjesmaat.
Ze redden het allemaal wel zelf.
Dat klopt deels ook.
Alleen is Imre niet tevreden over de kwaliteit
en de manier waarop het team nieuwe teamleden,
inclusief zij zelf, welkom heet.
Vandaar ook deze teamdag.
Dan komen de teamleden binnen.
Marleen, Imre en ik kijken elkaar aan.
Mijn mond valt nog net niet open van verbazing.
Alle teamleden hebben een panterprint aan.
Een broek, trui, strikje en sommige teamleden zijn zelfs geschminkt.
Een van de teamleden heeft een knuffellama onder haar arm.
“Ja, als we niet naar de lama’s mogen,
dan nemen we de lama’s wel mee hier naartoe” zegt Janine lachend.
Marleen en ik herpakken ons, overleggen kort met Imre
en besluiten om te starten.
Na een korte incheckronde kan Imre het toch niet laten:
“Hoe denken jullie eigenlijk dat dit voor mij is?”
“Hoezo?” vraagt Janine.
“Nou” gaat Imre verder
“Blijkbaar hebben jullie met elkaar iets afgesproken.
Ik ben daar niet van op de hoogte gebracht.
Daarmee voel ik mij een beetje buiten het team geplaatst.
Nu kan ik wel tegen een stootje,
Maar echt leuk vind ik het niet.”
Janine laat zich niet zo makkelijk uit het veld slaan.
Maar om haar heen beginnen mensen op hun stoel te schuiven.
Een van de teamleden haalt snel de twee speldjes uit haar haar.
Niet meedoen was blijkbaar voor haar geen optie,
maar ze had het klein gehouden.
Dus dit was voor haar het signaal om te stoppen.
“Het was toch gewoon een grapje!” geeft Janine aan.
“Ik vind dit helemaal geen leuk grapje.
Jullie lijken me buiten te sluiten. Dat vind ik best kwalijk.” zegt Imre.
“Heel eerlijk heb ik me niet gerealiseerd dat dit
voor jou zo zou voelen. Dat is niet mijn bedoeling”
geeft Coby voorzichtig aan.
Om haar heen wordt geknikt.
“We zijn juist allemaal blij dat jij er bent.” zegt Joyce.
“Denk je dat of weet je dat?” vraagt Marleen
“Hoe bedoel je?” vraagt Joyce.
“Je doet de aanname dat iedereen blij is met de komst van Imre.
Je zou bij je collega’s kunnen toetsen of dat echt zo is.” vraagt Marleen.
Wat schoorvoetend ontstaat een gesprek over de komst van Imre.
Niet iedereen van het team zat op een leidinggevende te wachten.
Ze hadden het toch al maanden zonder leidinggevende gered.
Met allerlei vrijheden,
die ze mogelijk kwijt zouden raken.
“Zijn er ook nog mensen die er heel anders naar kijken?” vragen we.|
Een paar teamleden geven aan juist blij te zijn dat er nu meer duidelijkheid is.
Want dat sommige teamleden meer verworvenheden
hadden dan anderen vinden zij niet zo eerlijk.
“Misschien kunnen jullie met elkaar bespreken wat jullie
van de leidinggevende verwachten.
En dan kan Imre vervolgens aangeven of dit voor haar realistisch is” opper ik.
Er volgt een gesprek tussen de teamleden onderling en met Imre
over wat ze wel en niet van elkaar mogen verwachten.
Het leidt tot een aantal heldere afspraken.
Marleen en ik praten na afloop nog na met Imre.
Wat een cadeautje als een leidinggevende zo scherp durft te zijn in een team.
Zeker in een team gehuld in panterprint.
Firijn ontgrendelt de kracht van groepen.
Er zit zoveel meer in een soepel werkend team. Meer plezier, meer inzet, meer commitment, meer snelheid en vooral: meer resultaat. In omzet, in klanttevredenheid, in prestaties, in efficiency, in kwaliteit. Om dat er uit te halen, moet je soms wél stevig ingrijpen. En dan heb je aan ons een goeie.
We hebben een behoorlijk afwijkende werkwijze van de meeste andere coaches.
In alles wat we doen nemen we de groep als geheel als uitgangspunt – niet het individu. Omdat we geloven dat échte verandering, verandering die blijft, alleen in de onderlinge dynamiek kan plaatsvinden. Het is de interactie die teams kan bouwen en breken.
Ben je geïnteresseerd geraakt? Aarzel in dat geval niet om contact met ons op te nemen. Wij zijn er voor je. En voor je team.

“Ja, maar ik ben nog nieuw in dit team.” zegt Thirza aarzelend.
Ze kijkt vertwijfeld in het rond.
“Hoe lang ga je dat nog zeggen?” vraagt Jim, op enigszins geïrriteerde toon.
Hij schudt zijn hoofd.
“Je hoort er nu toch gewoon bij, dus je kunt gewoon meedoen.”
“Ja, zo nieuw ben je nu ook weer niet.
Je zit hier tenslotte al twee maanden.” Vult Chris aan.
Thirza glimlacht, maar voelt van binnen een knoop in haar maag.
Waarom heeft ze dan nog steeds het gevoel
dat ze haar plek niet heeft gekregen van dit team?
We zijn aan het werk met een team in de zorg.
Ze werken met een complexe doelgroep.
Voor nieuwe medewerkers is het niet eenvoudig
om te snappen hoe met deze doelgroep om te gaan.
Natuurlijk is er een zorgdossier.
Daarin staat keurig vermeld hoe de client benaderd en geholpen wil worden.
Alleen staat er niets over alle bijzonderheden en uitzonderlijke situaties.
En die zijn in dit team meer regel dan uitzondering.
Ook merkt Thirza dat er andere verwachtingen
leven naar haar dan ze uit haar oude team gewend is.
Daar vroegen collega’s voortdurend of ze nog iets nodig had en of ze het naar haar zin had in de eerste periode dat ze er werkte.
Hier lijkt men te verwachten dat ze zelf meer initiatieven neemt.
Kortom, ze voelt zich nog helemaal niet zo ingewerkt.
Ik moet onmiddellijk denken aan het verhaal van Eric de Blok.
Eric is zoöloog, psycholoog en veranderkundige.
Hij nam ons mee op een inspiratiewandeling in Burgers’ Zoo.
Bij de chimpansees vertelde hij dat jonge chimpansees
een wit plukje haar hebben op hun billen.
Zolang dat witje plukje er is, is er voor hen alle ruimte om fouten te maken
zonder dat ze daarop worden afgerekend.
Dat ‘inwerktraject’ kan zo’n 5 jaar duren.
Een stuk langer dan in de meeste organisaties.
Die periode is zo lang,
omdat ‘inwerken’ belangrijk is voor de jonge garde in de groep,
maar ook omdat er door de toevoeging van deze nieuwelingen een andere groepsdynamiek mag ontstaan.
Daarvoor is het eerst belangrijk dat nieuwelingen
snappen wat de mores van de groep is.
Wat zijn de geschreven en ongeschreven regels binnen deze groep?
En je snapt dat ze dat deze chimpansees niet op een briefje kunnen geven.
Teams kunnen dat doorgaans ook niet.
Ze zijn zich over het algemeen niet eens bewust van alle kleine details in hun werk
en de ongeschreven regels die in de onderstroom leven.
De inwerkprogramma’s voorzien vaak niet in dat stuk.
We gunnen iedereen zo’n wit plekje, zoals die van de jonge chimpansees,
waardoor de groep zich bewust blijft van haar verantwoordelijkheid om nieuwe mensen de aandacht en ruimte te geven die ze verdienen.
Veel teams zijn in de loop der tijd ongeduldiger geworden.
Dat witte plekje bij nieuwelingen wil niet graag gezien worden,
want ze zijn ‘nieuwe-mensen-moe’.
De ongeschreven regel in deze teams:
‘laat eerst maar eens zien wat je kunt en of je blijft.
Dan gaan wij pas echt in je investeren.’
Het gevolg laat zich raden: veel nieuwe mensen vertrekken ook weer uit deze teams.
Het is een self fullfilling prophecy geworden.
Teamleden beschermen en wapenen zich door niet echt te verbinden met nieuwkomers.
Zo hoeven ze ook de pijn van hun vertrek niet te voelen.
Als ik toets of het team zich herkent in dit nieuwkomer-moe-zijn en bijbehorende gevolgen,
gaat er een zucht van verlichting door het team.
“Ik herken me daar zeker in” zegt Raymond.
“Dat is ook waarom ik liever geen mensen meer inwerk”
“Ja, ik betrap me er ook op dat ik steeds minder investeer in nieuwe mensen” zegt ook Nicole.
“Dat is natuurlijk helemaal niet goed.
Ik denk ook dat we jou tekort gedaan hebben Thirza.
We kunnen niet verwachten dat je je na twee maanden helemaal opgenomen voelt
terwijl we zelf minimale inspanning geleverd hebben.”
Bij Thirza stromen intussen de tranen over haar wangen.
Ze is ontroerd door dit onverwachte gebaar.
Nu pas voelt ze zich een beetje opgenomen.
Het team besluit samen te gaan kijken hoe ze in de toekomst dealen met hun eigen angst voor vertrekkende collega’s.
Daarna scherpen ze de afspraken rond het inwerken van nieuwe teamleden aan.
Ben je leidinggevende of teamcoach en wil je dat gesprekken als in dit blog beschreven makkelijker gevoerd worden in jouw team? Zonder dat jij daar heel hard aan moet trekken? In april start de 12e editie van ons programma ‘luie teamcoaching met grote impact‘
Firijn ontgrendelt de kracht van groepen.
Er zit zoveel meer in een soepel werkend team. Meer plezier, meer inzet, meer commitment, meer snelheid en vooral: meer resultaat. In omzet, in klanttevredenheid, in prestaties, in efficiency, in kwaliteit. Om dat er uit te halen, moet je soms wél stevig ingrijpen. En dan heb je aan ons een goeie.
We hebben een behoorlijk afwijkende werkwijze van de meeste andere coaches.
In alles wat we doen nemen we de groep als geheel als uitgangspunt – niet het individu. Omdat we geloven dat échte verandering, verandering die blijft, alleen in de onderlinge dynamiek kan plaatsvinden. Het is de interactie die teams kan bouwen en breken.
Ben je geïnteresseerd geraakt? Aarzel in dat geval niet om contact met ons op te nemen. Wij zijn er voor je. En voor je team.

We begeleidden twee jaar geleden een team met een mega olifant.
Een niet functionerend afdelingshoofd.
Toen we individueel met de MT leden spraken kwam die olifant al snel op tafel.
Het afdelingshoofd werd beschreven als grillig, chaotisch en onvoorspelbaar.
Ieder van de MT leden had zo zijn eigen redenen om het afdelingshoofd geen feedback te geven.
De één omdat ze nog op een tijdelijk contract functioneerde,
de ander omdat eerdere pogingen niks uithaalde.
We spraken ook een MT lid die zich geïntimideerd en bang voelde.
De eerste MT sessie die we begeleidde, verliep hoopvol.
Het afdelingshoofd ontving feedback van drie MT leden.
Weliswaar nog voorzichtige feedback,
maar concreet genoeg voor het afdelingshoofd om haar lessen uit te trekken.
Met vallen en opstaan maakte het MT samen stappen.
Het afdelingshoofd bleef achter.
Daardoor werd pijnlijk zichtbaar hoe andere MT leden
Steeds meer overnamen van het afdelingshoofd.
Haar fouten wegpoetsten, onhandige uitspraken naar medewerkers goed praatten,
gesprekken en overleggen van haar overnamen.
Alles om de teams goed te laten draaien.
Al die reddingsacties vielen de MT leden steeds zwaarder.
Hun eigen werk ging immers ook gewoon door.
En het werkte contraproductief.
Want hoe meer zij aan het redden waren
hoe grilliger en onvoorspelbaarder het afdelingshoofd werd.
Ook wij kwamen tot de conclusie dat op deze afdeling weinig
zou verbeteren zolang dit afdelingshoofd er was.
We besloten om een signaal naar onze opdrachtgever af te geven.
Daarvoor moesten we eerst onze pijnlijke conclusie met het afdelingshoofd delen.
Haar gepijnigde blik vergeten we niet snel.
Dit zijn de momenten dat ons vak even niet zo leuk is.
Het zijn de momenten dat we de dader in onszelf hebben in te zetten.
Onze onschuld en relatief veilige positie in organisaties achter ons moeten laten.
Doelbewust iemand pijn moeten doen.
Voor ons was het nog relatief makkelijk om onze verantwoordelijkheid
als opdrachtnemer op te pakken.
Voor de MT leden was het niet te doen.
Twee van hen zijn vertrokken. Ze konden er niet meer tegen.
Ze waren klaar met het gedrag van hun leidinggevende.
De rest bleef redden,
zodat hun teams er minimaal onder zouden leiden.
Ze spraken de leidinggevende wel aan op haar gedrag,
en bleven haar ook de hand boven het hoofd houden.
Niemand zocht het hogerop met zijn klachten.
Niemand wilde het ontslag van het afdelingshoofd op zijn geweten hebben.
Zelfs niet als ze er zelf aan onderdoor zouden gaan.
Hilbrand Westra, legt leiderschap uit in drie woorden,
afgekort als EVA.
EVA staat voor
Eigenaarschap
Verantwoordelijkheid en
(gepaste) Actie
Hij maakt expliciet onderscheid tussen de begrippen
eigenaarschap en verantwoordelijkheid,
waarbij hij eigenaarschap uitlegt als dat wat je je vanuit jouw rol toe-eigent.
Verantwoordelijkheid gaat over het nemen van de (mogelijke)
consequenties van dat eigenaarschap.
Beide hebben invloed op het gedrag, ofwel de actie, die je laat zien.
Afgestemde Actie betekent dat wat je doet past binnen de dan gegeven situatie.
Dit wordt ook wel contextueel congruent genoemd.
Deze MT leden voelden duidelijk eigenaarschap
voor het creëren van een werkplek
waar hun medewerkers goed en prettig kunnen functioneren
én ze voelden eigenaarschap voor het functioneren van het MT als geheel.
Echter, ze waren vooralsnog onvoldoende bereid
tot het nemen van verantwoordelijkheid voor de mogelijke consequenties.
Dat leidde tot actie met de handrem erop.
EVA betekent in dit geval dat MT leden
de confrontatie aangaan met hun leidinggevende.
All the way gaan,
door bij haar aan te geven dat ze geen vertrouwen hebben
in haar functioneren als afdelingshoofd.
Dat ze dermate last hebben van haar gedrag
Dat ze ’s avonds huilend of met pijn in hun buik in bed liggen.
Dat ze al tien keer overwogen hebben te stoppen met hun baan
omdat ze er zo onder gebukt gaan.
Dat ze besloten hebben er melding van te gaan maken.
Dat ze dat ook doen.
Dat ze zich realiseren in welk pakket ze hun leidinggevende
én zichzelf daarmee brengen.
Dat ze bereid zijn daar de volle verantwoordelijkheid voor te nemen
en de consequenties van te dragen.
Zelfs als dat hun eigen ontslag betekent.
Omdat het beter is voor de hele afdeling.
Dat is gepaste actie.
Dat is leiderschap.
Ga er maar aan staan.
“Wij zijn een heel leuk team.
Altijd al geweest.
Nu krijgen we het gevoel dat jij dat anders ziet.
Dat we van alles moeten veranderen.
De onveiligheid komt niet bij ons vandaan maar bij de organisatie.”
Vandaag had ik een gesprek met Marjan, een leidinggevende en een aantal teamleden.
De leidinggevende wil teamcoaching inzetten.
Het team ziet de noodzaak niet zo.
In dit intakegesprek werd dat al vrij snel helder.
“Misschien kunnen we Annemiek eerst iets laten uitleggen over haar werkwijze? Annemiek, kun jij een toelichting geven?
Dan weten wij ook beter waar we ja tegen zeggen.”
De rest kijkt me nu verwachtingsvol aan.
Mijn verstand zegt dat de vraag best logisch is.
Ze willen weten wat ze kopen, toch?
Daarvoor zit ik hier.
Toch gaan er allerlei alarmbellen af.
Ik voel de onrust in mijn lijf toenemen.
Tegelijkertijd neemt het appèl toe om antwoord te geven.
Bijna laat ik me verleiden om dat ook te doen.
Ik besluit mezelf wat ruimte te gunnen,
om zo de chaos in mijn hoofd te ordenen.
Ik blijf nog even stil, haal diep adem en kijk dan rond in dit groepje.
Ik zie dat Marjan rood in haar nek wordt.
Dan heb ik het weer helder.
Ik ben nog niet aan zet.
“Ik wil met alle liefde uitleg geven over onze visie
op teamontwikkeling en hoe wij werken.
Jullie hebben in mijn visie alleen eerst iets anders te doen met elkaar.”
Marjan zit gelijk rechtop in haar stoel.
“Wat bedoel je precies?” vraagt ze.
“Jullie hebben eerst samen overeenstemming te bereiken
over het doel en de noodzaak van teamcoaching.
Daar kan ik niet zoveel in betekenen.
Als jullie dat helder hebben met elkaar,
dan kan ik uitleggen wat ik voor jullie kan betekenen.”
“Misschien kunnen we dat ook onderdeel van de teamcoaching maken?” oppert Marjan.
Er gaan weer een paar alarmbellen af.
Niet alleen bij mij zo te zien.
Ik zie nog twee mensen onrustig worden.
“Ik neem aan dat dit niet de eerste keer is dat jullie het hierover hebben…?” vraag ik.
“Nee, dat klopt” geeft Linda, één van de teamleden, aan.
“Maar we komen er tot nu toe niet goed uit met elkaar.
We krijgen niet echt een helder antwoord op onze vragen.”
“Mag ik jullie uitnodigen de vraag nog eens te stellen?”
“Euh, ja dat is goed..”
“Marjan, waarom vind jij teamcoaching nodig?”
“Nou, ik vind dat het altijd goed is
om aandacht te besteden aan onze ontwikkeling.
Bovendien krijg ik nog steeds mensen aan mijn bureau
die aangeven dat er geroddeld wordt
en dat ze zich niet bij iedereen vrij voelen
om zich uit te spreken.
Het lijkt me goed om daar met elkaar het gesprek over te voeren.
Ik denk dat we er altijd iets van kunnen opsteken.”
Ik begin te snappen waarom dit team nut en urgentie nog niet ziet.
“Welk cijfer zou je de prestaties van dit team geven?” vraag ik haar.
“Naar onze cliënten toe bedoel je?”
“Ja, onder andere” zeg ik.
“Nou we hebben de laatste maanden wel meerdere klachten gehad.
Met name over het verschil in aanpak en de onrust die dat oplevert.”
“Dat valt best mee.” zegt Teun nu.
Ik zie de leidinggevende nu nog roder kleuren.
Ze is pissig, gok ik.
“Wat zien jullie in dit gesprek gebeuren?” vraag ik.
“Nou, hetzelfde als altijd.” zegt Linda.
“We komen er niet uit.”
“Voor mijn gevoel blijven we een beetje
om de hete brij heen draaien met elkaar” zegt Alice nu.
Tot nu toe had ze nog weinig gezegd.
“Wie herkent dat?” vraag ik.
Ze knikken allemaal.
“Mag ik jullie leidinggevende dan uitnodigen
om ongecensureerd te verwoorden hoe ze tegen het team aankijkt?”
“Ja, graag zelfs!” is de reactie van de teamleden.
“Ongecensureerd?” vraagt Marjan, de leidinggevende, onzeker.
“Nou, oké daar gaat ie dan.
Ik maak me zorgen.
Ik kreeg deze week de derde klacht binnen van de afgelopen maand
En het lijkt wel of ik de enige ben die zich daarover druk maakt.
Ik vind het eerlijk gezegd stuitend dat jullie hier verkondigen dat het zo’n leuk team is.
Dat mag dan zo zijn maar jullie samenwerking leidt er niet toe dat iedereen mag meedoen en dat dit de plek is die we voor onze cliënten zo graag willen zijn.
Weet je wat een client laatst tegen mij zei?
Dat het op jullie kantoor gezelliger is dan in de huiskamer.”
“En dat vind je…..?” moedig ik aan.
“Dat vind ik onacceptabel en ook onprofessioneel.”
Ze is zichtbaar emotioneel.
Ze blaast een lange adem uit.
Een daverende stilte daalt neer.
Alice is de eerste die reageert.
“Ik denk dat je gelijk hebt Marjan.
Ik vind het fijn dat je dit zo duidelijk op tafel legt.
Ik heb ook zorgen om onze cliënten.”
“Nou, wij allemaal hoor!” mokt Teun.
“Dat geloof ik ook. Tuurlijk.
Maar als we kijken naar hoe we als team naar buiten treden richting cliënten,
dan valt er nog wel het een en ander te verbeteren.” zegt Alice.
“Jullie hebben steeds discussie gehad over doel en urgentie van de teamcoaching.
Staat de nut en noodzaak van de teamontwikkeling überhaupt ter discussie?” vraag ik Marjan.
“Nee, die staat niet ter discussie.” reageert ze.
Ze is rustiger nu.
Steviger in haar toon.
“Dat is duidelijk.” zegt Linda.
“Ik snap nu ook beter wat je bedoelt.”
“Ik niet.” zegt Teun. Hij is zichtbaar geïrriteerd.
“In ieder geval is het nu helder geworden dat de noodzaak voor de teamontwikkeling voor Marjan niet ter discussie staat.” vat ik samen.
Linda grapt. “Leuk team zijn we hè?!”
“Ga je nu vertellen wat je voor ons kan betekenen?”
Firijn ontgrendelt de kracht van groepen.
Er zit zoveel meer in een soepel werkend team. Meer plezier, meer inzet, meer commitment, meer snelheid en vooral: meer resultaat. In omzet, in klanttevredenheid, in prestaties, in efficiency, in kwaliteit. Om dat er uit te halen, moet je soms wél stevig ingrijpen. En dan heb je aan ons een goeie.
We hebben een behoorlijk afwijkende werkwijze van de meeste andere coaches.
In alles wat we doen nemen we de groep als geheel als uitgangspunt – niet het individu. Omdat we geloven dat échte verandering, verandering die blijft, alleen in de onderlinge dynamiek kan plaatsvinden. Het is de interactie die teams kan bouwen en breken.
Ben je geïnteresseerd geraakt? Aarzel in dat geval niet om contact met ons op te nemen. Wij zijn er voor je. En voor je team.
