Plagend steekt er een flamingo in de lucht.
Sigrid heeft hem op een ijsstokje geplakt.
Het duurt even voordat Monique hem ziet.
“Ja, ja, ik zal het gaan afronden….” Moppert ze.
“Ja, sorry” lacht Teun. “We mochten elkaar er scherp op houden.”
“Tuurlijk, dat is ook prima. Soms moet ik even slikken, maar dat hoort er bij”
Het team kijkt Kiki nu afwachtend aan.
“Oh ja, ik moest ook een vraag stellen… Wat vinden jullie van mijn voorstel?”
Kiki krijgt applaus. Er wordt gelachen.
“Ik vind het een goed voorstel” zegt Marleen.
In de vijf minuten die volgen worden voor- en nadelen afgewogen en neemt het team een besluit.
Niet eerder deden ze dat zo snel.
Zeker niet met zoveel aandacht voor elkaar en zo to-the-point.
Dat is wel eens anders geweest.
Er waren klachten over gebrekkige binding in het team.
Teamleden vonden dat er weinig onderlinge interesse was in elkaar en elkaars expertises.
Er werd onvoldoende gebruik gemaakt van elkaars kennis en kunde.
Vergaderingen werden makkelijk afgezegd, nauwelijks voorbereid en kostten meer energie dan ze opleverden.
Het team deed, onbewust, veel om die gebrekkige binding te versterken.
Zo werd duidelijk toen wij een overleg van dit team bij woonden.
Inbreng bleef vaak ‘hangen’
Teamleden nodigden elkaar niet uit om te reageren op inbreng.
Bij gebrek aan respons op hun inbreng herhaalden ze
hun standpunt nog eens in andere woorden of harder.
Gevolg: mensen haakten af. Reageerden nog minder.
Verder werd er meer in problemen en klachten dan in oplossingen gesproken.
Niet erg uitnodigend om op aan te haken.
Toen we onze observaties teruggaven,
werd het onmiddellijk herkend.
Teamleden realiseerden zich wat ze zelf deden
om hun eenzame gevoel in het team te versterken.
Niet alleen in een overleg,
ook in de mail, in dagelijkse 1 op 1 situaties
herkenden men het patroon terug.
Het team realiseerde zich: als je niks vraagt en niet uitnodigt, krijg je ook niks.
Als je dat wel doet, versterk je de interactie en de binding in het team.
Zo simpel?
Ja, zo simpel kan het zijn.
Dit team besloot een eerste stap te zetten.
Ze spraken een codewoord af voor als het onwenselijke gedrag zich voordeed.
Het werd ‘flamingo’.
Eén collega ging helemaal los.
Ze toverde overal plaatjes vandaan en verspreidde die in het team.
Ze hing ze ook op in de werkruimtes.
Het levert dit team lol en hilariteit op.
En betere samenwerking.
Maar ook vragen van andere teams:
“wat betekenen die flamingo’s toch?”.
Zo begint er een olievlek-effect te ontstaan.
Want natuurlijk is dit patroon niet uniek voor alleen dit team.
Wil je verrassend simpele én doeltreffende tips om effectiever samen te werken?
Lees dan ons nieuwe boek: ‘Samenwerken voor gevorderden’.